Eeuwenlang waren de transportmogelijkheden beperkt. Met name het vervoer over land was moeizaam en gevaarlijk. Er waren nauwelijks verharde wegen en het risico om overvallen te worden was aanzienlijk. De belangrijkste handelsplaatsen lagen dan ook aan het water, bereikbaar voor trekschuiten en zeilschepen.
In de 19e eeuw voltrok zich een complete transportrevolutie. De uitvinding van de stoommachine was daarvoor allesbepalend. Voor transport over water kwamen er stoomschepen i.p.v. zeilschepen. Vervoer over land werd sneller, betrouwbaarder en veiliger door de komst van de stoomtrein.
Ook Noord Limburg ondervond (zij het relatief laat) de gevolgen van deze nieuwe ontwikkelingen. De spoorlijn Eindhoven-Venlo werd aangelegd in 1866 en de lijn Nijmegen-Venlo in 1883.
Terwijl men nog bezig was met de uitbreiding van het net van spoorwegen kwam er rond 1880 een nieuw transportmiddel op de markt: de auto. Aanvankelijk een speeltje voor de happy few maar al gauw een belangrijk transportmiddel voor grote aantallen personen en goederen. Daarvoor moest uiteraard een wegennet aangelegd worden. In de 2e helft van de vorige eeuw groeide het wagenpark explosief als gevolg van de gestegen welvaart. Gaandeweg werden echter ook de negatieve kanten van deze ontwikkeling duidelijk: verkeersslachtoffers, de dagelijkse files en de gevolgen voor het milieu. De grenzen van de groei lijken thans bereikt en zal er naar andere oplossingen gezocht moeten worden.
Het is in dit verband dan ook interessant dat een achttal Noord-Limburgse gemeenten verenigd is in het Regionaal Mobiliteitsoverleg “Trendsportal”. Via dit initiatief wordt nagedacht over verkeer- en vervoersvraagstukken in de regio. Het staat open voor iedereen die zich betrokken voelt bij en actief wil bijdragen aan duurzame, veilige en slimme mobiliteit in de toekomst. Zo gaan we onderweg naar morgen